De Raad van Toezicht van de Nederlandse publieke omroep (NPO) heeft de afgelopen anderhalf jaar aanhoudende klachten over het gedrag van bestuursvoorzitter Frederieke Leeflang ontvangen. De voorzitter van de Raad van Toezicht, Tjibbe Joustra, bevestigt dit tegenover Investico en het Algemeen Dagblad.
De klachten - volgens bronnen onder meer over intimidatie, het negeren van collega’s en verbale agressie - kwamen via de ondernemingsraad en de externe vertrouwenspersoon bij Joustra terecht. Die zegt in een interview de klachten te hebben besproken met Leeflang, maar liet geen nader onderzoek doen en ondernam ook anderszins geen actie. De NPO is de overkoepelende organisatie boven de omroepen die bepaalt welke programma’s er zendtijd krijgen, en hoeveel geld daarvoor is.
Niet alleen ondergeschikten klagen over het gedrag van Leeflang, ook haar toenmalige medebestuurder Paul Doop riep de toezichthouder op tot actie. In een brief, die is ingezien door Investico en het Algemeen Dagblad, schrijft Doop dat hij ‘de noodklok’ wil luiden en roept hij Joustra ‘expliciet’ op om ‘actief bij te dragen aan de verbetering van de kwaliteit van het bestuur van de NPO’.
De bestuurder schetst in zijn brief een ontluisterend beeld van de omgangsvormen binnen de Raad van Bestuur. Tegenspraak wordt door Leeflang ‘niet gewaardeerd’. Hij schrijft dat er een angstcultuur heerst, ‘de opstelling van de voorzitter de sfeer van achterdocht en wantrouwen voedt’ en ‘voorbij gaat aan voorwaarden voor sociale veiligheid’. Ook stelt hij dat de voorzitter ‘meer denkt in termen van vergelding/straffen in plaats van verzoening en mededogen’.
Bestuurder Doop deed zijn beklag bij de toezichthouder in maart 2024, een maand na het verschijnen van het het rapport-Van Rijn over de sociale veiligheid bij de publieke omroep. Sindsdien liggen de omgangsvormen in Hilversum onder een vergrootglas. De commissie Van Rijn schreef ook specifiek over de NPO, waar medewerkers ontevredener zijn over hun directie dan andere ondervraagden en zeggen dat meldingen over onveilig gedrag niet adequaat worden opgepakt.
Al in 2023 bleek uit een intern onderzoek, dat in handen is van Investico en het Algemeen Dagblad, dat er weinig vertrouwen was in de top en dat NPO’ers zich niet veilig voelden. Zij gaven afgelopen januari in een medewerkerstevredenheidsonderzoek opnieuw slechts een 5,8 voor ‘vertrouwen in het management’.
Hoewel ‘sociale veiligheid’ in de nieuwe personeelsenquête een 7,3 scoorde, had ook bijna eenvijfde van de medewerkers ‘soms of regelmatig’ te maken met ongewenst gedrag. Het merendeel van hen is niet tevreden met de manier waarop ze daarna werden opgevangen. Slechts de helft maakte melding van het ongewenste gedrag.
Frederieke Leeflang bevestigt in een interview dat zowel de Ondernemingsraad als de externe vertrouwenspersoon zich bij haar meldden met klachten van medewerkers over haar gedrag. Maar, ‘tegenwoordig wordt de veiligheidskaart wel heel snel getrokken’, zegt ze. ‘Inherent aan mijn positie is dat ik besluiten neem. Dat vinden mensen niet altijd even prettig, als je ze uit hun comfortabele positie haalt.’ Leeflang zegt ‘heel open’ te zijn naar de organisatie: ‘Ik houd regelmatig koffiesessies en dialoogtafels.’ De brandbrief van Paul Doop zegt Leeflang niet te kennen.
Leeflang kwalificeert de klachten niet als ‘meldingen’, omdat mensen niet bij haar zelf hebben aangeklopt. ‘Ik heb zelf geen meldingen gehad. We krijgen allemaal signalen. Het zou raar zijn als mij dat, in deze positie, niet zou overkomen. Als je ziet wat we allemaal aan het doen zijn. Mensen vinden soms dat ik heel duidelijk ben. Bijvoorbeeld omdat ik dingen benoem. Of omdat ik ze heb aangesproken op hun functioneren. Maar grensoverschrijdend, nee.’
Joustra ontkent in een interview met Investico en het Algemeen Dagblad in eerste instantie dat hij een brief kreeg van Doop. Hij zeg dat hij met hem ‘zaken heeft doorgesproken die hem dwars zaten.’ Doop had toen wel ‘een stuk papier’ bij zich, zegt Joustra. ‘Ik heb dat gelezen. Ik heb het opgevat als een geheugensteun van hem zelf,’ stelt Joustra. De toezichthouder zegt ‘niet meer precies te weten’ of Doop de brief achterliet of weer meenam. ‘Ik denk dat hij het mee teruggenomen heeft, want ik ben niet zo “bewaarderig” met stukken.’
De toezichthouder bevestigt dat hij via zowel de Ondernemingsraad als de externe vertrouwenspersoon klachten over de bestuursvoorzitter kreeg. Via de vertrouwenspersoon waren dat er ‘niet zo veel’, stelt hij. ‘Dat lijkt mij op de vingers van één, hooguit twee handen te tellen.’ Over de inhoud doet hij geen mededelingen, maar ‘het waren een aantal elementen over de bestuursstijl van de raad van bestuur.’
Hoogleraar integriteit Rob van Eijbergen (Universiteit voor Humanistiek) is verbaasd dat het NPO-bestuur niet (meer) opvolging heeft gegeven aan de klachten. Het past volgens hem bij ‘goed bestuur’ actie te ondernemen als er klachten zijn. ‘Als het om meerdere klachten gaat moet je het serieus nemen. Dan vraag je een onafhankelijk persoon om met die melders te praten om uit te vinden wat er aan de hand is.’
Het argument dat medewerkers zich niet rechtstreeks bij de bestuursvoorzitter meldden, houdt geen steek, vindt Van Eijbergen. ‘Deze mensen meldden zich niet voor niets bij een ander orgaan. Angst kan een grote rol spelen. En ook de drempel om een melding te doen bij de ondernemingsraad of een externe vertrouwenspersoon is best hoog.’
Volgens Van Eijbergen ‘riekt dit naar oude bestuurscultuur’. ‘Ik vind het een foute inschatting om het zo klein te houden. Het lijkt me dat Joustra alles onnodig heeft afgezwakt’, concludeert de hoogleraar. ‘Ook al zouden de klachten onterecht zijn en komen ze voort uit het feit dat de bestuursvoorzitter de boel aan het ‘opschonen’ is, je moet hier wel iets mee doen.’
Paul Doop laat weten geen behoefte te hebben om terug te blikken op zijn brief en de aanleiding daarvoor. ‘Ik heb gedaan wat ik heb gedaan, en gezegd wat ik dacht dat juist was. Het is voor mij een afgesloten hoofdstuk.’ De externe vertrouwenspersoon wil niet reageren.
Over dit onderzoek:
Investico en het Algemeen Dagblad spraken tientallen huidige of recent vertrokken medewerkers van de NPO, veelal uit hogere, leidinggevende functies. Ook kregen we inzage in honderden interne documenten. We vroegen hen hoe het er nu, een jaar na het rapport Van Rijn, aan toe gaat bij de NPO. De (oud)medewerkers durven niet met naam en toenaam te vertellen over hun ervaringen, ze vrezen voor hun baan binnen of buiten de NPO als hun ervaringen te specifiek worden opgeschreven. Zij spreken van intimidatie, onveilig en onvoorspelbaar gedrag, verbaal geweld en het negeren van medewerkers.
Lees meer over ons onderzoek bij het Algemeen Dagblad . Heeft u tips of wil u eigen ervaringen delen naar aanleiding van dit onderzoek? Mail ons op rotman@platform-investico.nl, veen@platform-investico.nl of woutersen@platform-investico.nl.
Investico is radicaal transparant. In verantwoordingsdocumenten maken wij onze onderzoeksmethodes en resultaten openbaar zodat publiek en andere onderzoekers ons werk kunnen controleren en erop kunnen voortbouwen. In de longread van het onderzoek hieronder verwijzen noten naar het bronmateriaal. Wilt u meer weten over onze missie en methode? Lees meer
Marieke Rotman schrijft voor Investico onder meer over georganiseerde criminaliteit en de invloed van conservatief christelijk rechts in Nederland.
Machteld Veen is stafredacteur bij Investico en doet onderzoek naar zorg, asiel, politiek en justitie.
Emiel Woutersen is stafredacteur bij Investico. Hij focust zich op datajournalistiek en schrijft onder andere over de financiële sector en het uithollen van de overheid.
U las de longread van dit onderzoek. Heeft u naar aanleiding hiervan een tip? Neem contact met ons op
Verdedig de rechtsstaat. Steun onafhankelijke onderzoeksjournalistiek in Nederland.