Onderzoek met bronnen
De datagrariër
In het witte licht van de steriele melkruimte van boer Emiel Stam schiet een roestvrijstalen machine klikkend en zoemend in actie. In één vloeiende beweging roetsjt het apparaat naar een zwartbonte koe, die nieuwsgierig haar kop door de tralies van de melkbox steekt. Dan stopt het; klikt nog een paar keer, steekt een robotarm onder het dier, zuigt zijn rubberen zuignappen aan de spenen vast en melkt de koe ritmisch leeg. Tijdens het melken registreren sensoren de prestaties en de conditie van dier en robot: Hoe is de productie? Is de koe misschien ziek? Heeft ze extra voedingssupplementen nodig? Werkt de robot naar behoren? ‘Mijn werk is veranderd’, zegt Stam. ‘Ik kruip niet meer twee keer per dag onder een koe, maar analyseer de data1 die uit de melkrobot komt en controleer of alles goed verloopt.’
Gerobotiseerde, datagedreven landbouw heeft de toekomst is de overtuiging in Den Haag en Brussel, die er miljarden euro’s subsidie voor opzij zetten. Alleen al de Europese Commissie heeft er voor de periode 2018 en 2020 ruim 1,6 miljard voor gereserveerd.2 Precisielandbouw zal het produceren van voedsel diervriendelijk, duurzamer en efficiënter maken, met behoud van de winstmarges voor boeren en lage voedselprijzen in de supermarkt.3 Dat is de belofte, maar daarvan is niet iedereen overtuigd.
Investico onderzocht in samenwerking met Trouw de landbouwsector en ontdekte hoe de datagedreven landbouw een machtsverschuiving in de sector teweeg brengt. Via de data van hun slimme landbouwapparatuur raken boeren afhankelijker van een aantal grote spelers in het veld. Dat levert soms grote financiële schade op en kan, zoals bij incidenten met melkrobots, zelfs dieren het leven kosten. Privacywetten bieden de boeren weinig bescherming omdat hun data geen mensen betreffen, maar dieren of machines. Ook prijsmanipulaties en hogere prijzen in de supermarkten liggen op de loer. Want wie precies toegang heeft tot waardevolle agrarische gegevens, is voor boeren en landbouworganisaties onduidelijk. De meeste landbouwers hebben geen idee aan wie ze daarvoor toestemming hebben gegeven, blijkt uit een enquête van Investico samen met de Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie ZLTO.
Word nu Vriend van Investico en versterk de onderzoeksjournalistiek in Nederland
Datagedreven landbouw
Als het aan David Wallerstein ligt, bestaan er straks geen boeren meer. De Amerikaanse CXO van de Chinese Internetreus Tencent is hoofdspreker tijdens de afgelopen Agrifoodtech in de Brabanthallen, Den Bosch. Hij is daar om zijn Greenhouse Challenge Project te promoten. Een ambitieus idee dat Tencent samen met de Universiteit van Wageningen uitwerkt. Doel: mensloze kassen ontwikkelen die in IJsland draaiend op warmwaterbronnen energieneutraal en geheel autonoom komkommers en tomaten kweken. Tencent wil zo bijdragen aan het tegengaan van klimaatverandering en voedseltekorten.4
AgriFoodTech is de vakbeurs voor efficiënter, effectiever en duurzamer produceren in de voedingsmiddelenindustrie. In de hal staan vier iglo-vormige witte tenten waar bedrijven als Bayer, Microsoft en de Rabobank uitleggen hoe zij net als Tencent met datagedreven landbouw de wereld willen verbeteren. Het lijkt wel een science fiction film met acteurs in verkeerd kostuum. In de hoek van de hal houdt een besnorde man in pak een hightech drone in de lucht. Iets verderop filmt een Koreaans cameraploeg een tomatenplukkende robot en overal waar je kijkt, staan ingenieuze landbouwmachines behangen met sensoren en computergestuurde mechanismen waarmee ze volgens de folders volautomatisch kunnen zaaien, ploegen of oogsten.
‘Wij analyseren grond’, zegt de Poolse man die de beursstand van Agrisim bemant. Hij wijst naar het computerscherm waarop de door het bedrijf ontwikkelde software draait. Agrisim is een startup uit Den Bosch waar ook de Provincie Brabant geld in heeft gestopt. Het bedrijf verzamelt data over klimaat, bodem, gewas en marktprijzen, en koppelt die aan de specifieke gegevens van boeren. Voor een klein bedrag berekent het bedrijf welk gewas een boer het beste op zijn grond kan verbouwen en voorspelt het wat de marktprijzen en oogstvooruitzichten zullen zijn.
Dat is informatie die niet alleen interessant is voor de boer, maar zeker ook voor verzekeraars, handelaren agrarische grondstoffen en supermarkten. ‘Als je als boer je data met dat soort bedrijven deelt, ga je in bed met de duivel’, grapt de standhouder. Die bedrijven kunnen dan inschatten hoeveel er geoogst gaat worden en tegen welke kostprijs een boer kan produceren.‘Bij ons is die data veilig. Wij zijn een klein bedrijf, onafhankelijk van de grote jongens’, verzekert de Pool.5
Agrarische inlichtingendienst
Iets verderop staat Nathan Dorn van Food Origins, een Amerikaans bedrijf dat een app ontwikkelt die gebasseerd op blockchain technologie de herkomst van voedsel in kaart brengt. Koop je iets in de supermarkt dan kan je via de app precies achterhalen of de olijven inderdaad van die biologische boer uit Italië komt. Dorn verbaast zich om de Nederland naïviteit geïllustreerd door de Bossche startup. ‘Als een startup succesvol is en waardevolle data weet te verzamelen, worden ze gewoon opgekocht door de grote bedrijven6 uit de VS.’
In de Verenigde Staten wordt datagedreven landbouw allang niet meer alleen gezien als een oplossing voor honger en klimaatproblemen, maar is het vooral een groeimarkt. Grote spelers als Syngenta/ChemChina, John Deere en Bayer-Monsanto zetten zwaar in op digitale landbouw, onder meer door de overnames van succesvolle startups. Het doel: zoveel mogelijk data verzamelen. Wie weet wat er op het land en in de boerderij gebeurt kan die kennis gebruiken om prijzen te manipuleren en boeren aan zich te binden.
Misbruik van agrarische data is geen illusie, illustreren twee lopende rechtszaken in de Verenigde Staten. In Oklahoma begon een groep kippenboeren een rechtszaak tegen een aantal grote kippenvleesverkopers.7 De laatstgenoemden zouden bedrijfsgevoelig data van de kippenboeren gebruiken om de inkoopprijzen van het kippenvlees kunstmatig laag te houden. In Minnesota begon een groep consumenten een rechtszaak omdat Agri Stat, een databedrijf dat boeren helpt efficiënter te werken, gegevens zou hebben doorverkocht aan een aantal beursgenoteerde levensmiddelenbedrijven die de data gebruikten om de verkoopprijzen in supermarkten kunstmatig hoog te houden.8
Ook in Nederland bestaan daar zorgen over. Zoals over het softwareprogramma LegManager, waarmee pluimveehouders kosten en opbrengsten van een ei kunnen berekenen. In de eierbranche wordt zwaar geconcurreerd op de kostprijs, dus data daarover zijn in beginsel goud waard. Volgens Hugo Bens, pluimveehouder en bestuurder bij ZLTO is onduidelijk wat er met de data uit het softwareprogramma kan gebeuren. ‘De grootste angst bij kippenboeren is dat hun gezamenlijke, bedrijfsgevoelige data bij supermarkten terechtkomt.’ Het programma Legmanager is een product van de Agrovision; een Nederlandse, internationaal opererende softwaregigant dat programma’s levert voor management en boekhouding aan de hele agrarische sector. Dat bedrijf is op haar beurt een participatie (via NPM) van SHV, het miljardenbedrijf van de puissant rijke familie Fentener van Vlissingen.9 SHV is tevens eigenaar van veevoerbedrijf Nutreco en voedselgroothandel Makro, en participeert in groentefabrikant Hak en online supermarktketen Picnic.10
Of Agrovision zijn data deelt met deze bedrijven? In een reactie zegt het softwarebedrijf dat het alleen data met ‘derden’ deelt als klanten daar toestemming voor hebben gegeven. Op de vraag of met die ‘derden’ ook de dochterbedrijven en participaties van SHV/NPM worden bedoeld, komt geen antwoord. Voedselgigant Cargill is in elk geval wél zo’n `derde partij’. Het conglomeraat handelt in grondstoffen voor bijna alle levensmiddelen die je in de supermarkt kunt vinden. Het bedrijf opereert als een soort agrarische inlichtingendienst, en dankt zijn macht aan de enorme hoeveelheden data die het bezit over land, gewassen, het weer, overheidsbeslissingen, vraag en aanbod.11
Cargill is partner van Cerco Soft, de Belgische tak van Agrovision. Via de zogenoemde ‘adviseurs versie’ kan Cargill de volledige databank12 van het bedrijf inlezen13. Daarmee heeft het dus toegang tot de gegevens van alle landbouwbedrijven die klant zijn van de softwaregigant. In de praktijk valt dat mee, laat Agrovision in een reactie weten: Cargill kan alleen bij de data van de landbouwbedrijven die Cargill daar specifiek toestemming voor hebben gegeven.
Eigendom van data
De meeste boeren geloven in die boodschap. Zij gaan er vanuit dat zij eigenaar zijn van de data en dus ook mogen bepalen wat ermee gebeurd. Uit een enquête van Investico onder 135 melkveehouders, in samenwerking met boerenorganisatie ZLTO, blijkt dat bijna 70 procent van alle bevraagde melkveehouders gelooft dat de fabrikant de data uit de melkrobot niet zonder toestemming mag delen met derden. Maar of dat werkelijk zo is, is onduidelijk.
In een rapport van de Onderzoeksdienst van het Europese Parlement uit 2017, schrijft onderzoeker Mihalis Kritikos: ‘Hoewel bedrijven zeggen dat boeren eigenaar zijn van hun data, is dat in de praktijk niet altijd het geval.’ Het eigendom van data is volgens hem nog niet wettelijk vastgesteld. ‘Zodra bedrijven data van verschillende bronnen samenvoegen of daar berekeningen op loslaten, vervalt het Melkveehouder Joris Bruurs zit er dus niet helemaal naast als hij op het enquêteformulier van Investico schrijft: ‘Zodra ze een komma verplaatsen is de data van hen.’
Ook de algemene voorwaarden van het eerder genoemde Agrovision – de softwaregigant die programma’s levert voor management en boekhouding aan de hele agrarische sector – en fabrikant van melkrobots GEA, zijn op dit punt niet eenduidig. Volgens een jurist van ZLTO die voor Investico algemene voorwaarden van Agrovision bekeek, blijft het onduidelijk of deze voorwaarden enkel betrekking hebben op persoonlijke data, of op alle data14. Als we de bevindingen van de jurist voorleggen aan Agrovision voor commentaar, blijft het stil.15
De privacywet heeft de boer op dit terrein weinig te bieden. Een woordvoerder van de Autoriteit Persoonsgegevens legt uit dat bedrijven persoonsgegevens alleen voor een bepaald doel mogen verzamelen, en dus niet zomaar mogen delen met derden. Maar zodra data niet te herleiden is tot een specifiek persoon en in plaats daarvan bijvoorbeeld een koe beschrijft, vervalt die bescherming.16 Of de bedrijfsgevoelige agrarische data zijn beschermd tegen bijvoorbeeld kunstmatig opdrijven van de voedselprijzen, blijft daardoor schimmig.
Melkrobots en uierontstekingen
Wie precies toegang heeft tot waardevolle agrarische data en wat zij daarmee mogen doen is onduidelijk. Waarom boeren die data delen en hoe dat fataal kan aflopen, blijkt uit het verhaal van veehouder Emiel Stam. De negentiende-eeuwse boerderij van de familie ligt er tijdens ons bezoek in een besneeuwd landschap idyllisch bij. De koeien staan op stal en in de wei grazen wilde ganzen. Buiten blaft de hond en vanaf het erf is er het uitzicht op een heuvel met kerkje. De familie runt een moderne melkveehouderij die inspeelt op de maatschappelijke behoefte aan biologische, diervriendelijke en duurzame voeding. Zes jaar geleden investeerde ze daarvoor fors in een melk-, voer- en mestrobot van het Duitse GEA, een van de grootste leveranciers voor de voedselverwerkende industrie.
Op de boerderij van Stam liepen de eerste koeien net voor de kerst van 2013 de robot in. Dat ging drie maanden goed, vertelt hij, maar ineens was er een uitbraak van uierontstekingen. ‘Dan moet je op zoek naar de oorzaak. Ligt het aan de stal, het strooisel, het voer, het weer? Daar lag geen verband. Het kon eigenlijk alleen de robot zijn geweest.’ De servicemonteur werd erbij gehaald, maar die kon niets vinden en besloot dat alles in orde was. Stam: ‘Maar het was niet in orde. Iedere dag kwamen er nieuwe koeien bij met hele heftige ontstekingen. Gezonde dieren lagen binnen 24 uur dood in de stal. Ik zei tegen mijn vader: “Als dit zo doorgaat, is de stal over een maand17 leeg.”’
Zo ver kwam het niet, want hij ontdekte het euvel zelf. Op een dag stond hij in de melkruimte en zag dat de robot zijn ‘beker’ niet op de speen, maar op het uier aansloot. Een goed werkende robot merkt dat en probeert het opnieuw. Maar deze robot stuurde de koe als ‘leeggemolken’ terug de wei in. En een koe die niet wordt leeggemolken, ontwikkelt een uierontsteking, legt Stam uit. Hij belde de servicemonteur, die concludeerde dat melkstroomsensoren vervuild waren geraakt. Een bekend probleem bij dit type robot, bleek later tijdens de zitting in de rechtbank.18
Na een jaar zonder problemen liep het aantal uierontstekingen opnieuw op en werd de oorzaak wederom niet werd gevonden. Dit keer werd de specialist van de fabrikant er bijgehaald, die de schuld in de schoenen van boer Stam schoof omdat hij een verkeerd reinigingsmiddel zou hebben gebruikt. `Die expert was alleen één voetnoot vergeten’, zegt Stam. ‘Uit die voetnoot bleek dat het niet aan het reinigingsmiddel kon liggen dat hij zogenaamd zou hebben gebruikt, maar dat het reinigingswater in de robot te warm werd.’19
Door alle problemen stierven er in totaal 49 koeien, deels doordat ze moesten worden afgemaakt. De melkproductie daalde bij veel koeien en Stam moest 90.000 liter melk weggooien omdat er penicilline in zat. Boeren kunnen dit soort schade verhalen op de dealer of fabrikant. Maar dan moet eerst worden uitgesloten dat de schade niet is ontstaan door verkeerde voeding, slecht management van de boer, een ongezond klimaat in de stal of de een zwakke weerstand van de koeien. Vervolgens moet de boer aantonen dat de schade is ontstaan door nalatig handelen van de dealer of een constructiefout in de melkrobot. Geen eenvoudige opgave, maar met de historische data uit een melkrobot is dat niet onmogelijk.
Stam had wel back-ups gemaakt. Maar toen hij zijn rechtszaak tegen de dealer begon, bleek een groot deel van die back-ups ineens verdwenen. Hoe kan dat? Hij huurde een ICT-specialist in, die concludeerde dat de gegevens opzettelijk waren gewist. ‘Ik had dat in ieder geval niet gedaan’, weet Stam. Wie dan wel? De dealer zou dat op afstand kunnen regelen omdat hij door het onderhoudscontract toegang heeft tot de computer van de boer.
Gelukkig voor Stam had hij een managementprogramma dat niet van GEA was, maar dat wel aan de robot was gekoppeld. Met hulp van de ontwikkelaar van dat programma kreeg hij de meeste gegevens weer boven tafel. `Ik heb toen alle gevallen met uierontsteking in Excel gezet en daar vond ik onder meer een correlatie met de sensoren. Zonder die data was ik nergens geweest.’ Mede dankzij de data lijkt Stam nu de rechtszaak te gaan winnen20.
Stam is niet de enige die met deze problemen kampt.`Ik zit in een wereldwijde besloten app-groep die over dit soort zaken gaan. Wereldwijd zie je dezelfde problemen’. Uit de enquête van Investico en ZLTO bleek dat 10% van de melkveehouders een toename van uierontstekingen had na de aanschaf van de melkrobot.
Dierenleed en financiële ellende
Johan van Bommel uit Someren is opgeleid tot elektricien en werd gaandeweg specialist in het opsporen van lekstroomproblemen van melkrobots. Melkstallen zijn om veiligheidsredenen vaak extra goed geaard’, legt hij uit. ‘Dat heeft als nadeel dat ze het afvoerputje worden van alle lekstromen uit de omgeving.21 Staat een zonnepanelenpark in de buurt, dan gaan alle lekstromen daarvan richting de stal. Een koe voelt dat aan haar uier, wil de robot niet in, wordt niet goed leeg gemolken, krijgt uierontstekingen, opbrengsten laag, boer in de stress, het hele bedrijf onderuit.’
Lekstromen in melkstallen bestaan al sinds er elektriciteit bestaat. Maar melkrobots kunnen iets wat traditonele melkcarrousellen niet kunnen: data produceren.Het nut van die data blijkt uit een casus in Friesland waar een niet goed functionerende DeLaval-robot stond. `Ik ging daar meten en kwam op 100 meter afstand een gemaal tegen. Vorig jaar augustus viel er weinig regen, dus moest er veel worden beregend waardoor het gemaal hard moest werken. Uit de melkrobotdata kon ik opmaken dat er in die periode veel aftrappers (koeien die melkapparatuur aftrappen – red.) waren. Na augustus kwam er een beregeningsverbod. Het gemaal sloeg minder vaak aan en het aantal aftrappers daalde. De data liet een directe relatie zien.’
Probleem is dat het Van Bommel vaak jaren kost eer hij genoeg data heeft verzameld om uit te vogelen waar het probleem zit. De robot gooit de data veel te snel weg’, zegt hij. Het zou tijd, dierenleed en financiële ellende besparen die data sneller voorhanden zou zijn. Dat zou mogelijk zijn wanneer de grote melkrobotfabrikanten zouden willen meewerken. Maar die tonen weinig interesse. In een reactie zeggen Delaval en Gea dat de lekstromen ontstaan door verkeerd aanleggen van randapparatuur en niets met de melkrobots. Van Bommel ziet dat anders.
Koeien worden onrustig wanneer de robotarmen bewegen en de hydromotor aanslaat. Op dat moment meet ik lekstromen.’
Boer zonder bewijs
Achterhoeker Johan Grolleman is sinds 2003 werkzaam als zelfstandig melkspecialist. Hij bezoekt jaarlijks honderden melkveehouders; adviseert over de aanschaf van melksystemen, pluist contracten uit en is regelmatig als specialist betrokken bij rechtszaken rondom melkrobots. Hij is niet verbaasd dat fabrikanten en dealers niet met de wensen van Van Bommel meegaan. ‘Melkrobotfabrikanten zijn grote multinationale ondernemingen. Als de data aantoont dat de problemen worden veroorzaakt door de robot, krijgen ze over de hele wereld claims aan hun broek. Het is daarom handiger de schuld bij de boer te leggen.’22
Melkrobots bieden boeren arbeidsverlichting en flexibiliteit en ook de koeien varen er wel bij, benadrukt hij. Maar als het mis gaat staat de boer met zijn rug tegen de muur. Ook Grolleman heeft historische robotgegevens nodig om problemen te kunnen oplossen. ‘Maar die zijn bijna altijd weg. Oude gegevens zijn nutteloos voor boeren omdat ze niet kunnen worden teruggezet op de robot; dan raakt het systeem in de war. Daarom maken veehouders meestal geen backups’. Leveranciers maken die wel maar zijn uit angst voor schadeclaims niet scheutig om die gegevens te delen. ‘Verstrekken ze die wel, dan weet je niet of ze gemanipuleerd zijn.’
Investico werkt altijd samen met andere media. Zo versterken we de onderzoeksjournalistiek in Nederland.
Als een boer zonder backup wil aantonen dat de uierontstekingen ontstaan door de robot, moet hij bewijs verzamelen. Om dat te kunnen, zou hij volgens Grolleman juist niets meer moeten doen en leed laten door bestaan. Want als hij de problemen krijgt opgelost, zegt de computer dat het goed gaat en kan er niets meer worden verhaald bij de leverancier.’ Niets doen is voor boeren echter geen optie.
Die gaat juist veel tijd en geld in de oplossing steken. Uit ethisch overwegingen, maar ook omdat veehouders aansprakelijk23 kunnen worden gesteld voor dierverwaarlozing.’
Macht door data
‘Je kunt data gebruiken om te sturen op maatschappelijke doelen en om het dierenwelzijn te verbeteren, maar ook om er zoveel mogelijk mee te verdienen’, zegt Melanie Peters, directeur van het Rathenau instituut dat de effecten onderzoekt van wetenschap en technologie op de samenleving.24 Het instituut heeft bedenkingen over het gebruik van boerendata.
Welke richting het daarmee op zal gaan, is volgens Peters vooral afhankelijk van wie er aan de knoppen zit. ‘Neem taxibedrijf Uber; dat gebruikt de gegevens uit zijn app vooral voor winstmaximalisatie en niet om de verkeersproblematiek rondom steden op te lossen.’ Zo is het volgens Peters ook de vraag of datagedreven landbouw zal zorgen voor een transitie naar diervriendelijker en milieuvriendelijker produceren van voedsel. Als de verantwoordelijkheid voor die transitie bij de boer ligt, maar de data bij een aantal grote bedrijven, zoals de problematiek rondom de melkrobots illustreert, kan de boer dan nog voor zichzelf, milieu, voedselzekerheid en dierenwelzijn opkomen?
Voormalig advocaat Kees van Schaik, gespecialiseerd in agrarisch recht vindt daarom dat bedrijven die via data de macht naar zich toetrekken, meer verantwoordelijkheid moeten krijgen en daarop ook afgerekend moeten kunnen worden. In het geval van de melkrobots kan dat worden geregeld via de dierenwelzijnswet. Van Schaik: `De zorgplicht voor het dierenwelzijn zou deels bij de dealer moeten komen te liggen, zodat hij gedwongen kan worden mee te werken aan de oplossing, in plaats van achterover te leunen met de algemene voorwaarden in zijn hand, terwijl de boer er alles aan doet25 om zijn dieren te verzorgen.’
-
Reportage boerderij van Stam, 31 januari 2019. ↩
-
Zie bijvoorbeeld het Horizon 2020 Work Programme for Research & Innovation 2018-2020 van de Europese Commissie, of dit overzicht van Nederlandse subsidies. ↩
-
Zie dit bericht van de Europese Commissie bijvoorbeeld ↩
-
Reportage en gesprekken tijdens Agrifoodtech, 12 december 2018. ↩
-
Reportage en gesprekken tijdens Agrifoodtech, 12 december 2018. ↩
-
Reportage en gesprekken tijdens Agrifoodtech, 12 december 2018. ↩
-
Agrovision is een dochterbedrijf van Kiwa, Kiwa is een participatie is van NPM, NPM is onderdeel van SHV; KvK geraadpleegd 14 mei 2019. ↩
-
Zie dit artikel in de Groene Amsterdammer: “Onzichtbare voedselreuzen,” 4 jan 2017 . ↩
-
Advocaat heeft de contracten bekeken in juni 2019. ↩
-
Vragen per e-mail gesteld op 29 mei 2019, antwoorden van Agrovision ook op 29 mei 2019. ↩
-
Telefonisch interview 11 juni 2019. ↩
-
Reportage boerderij van Stam, 31 januari 2019. ↩
-
Reportage boerderij van Stam, 31 januari 2019. ↩
-
Live interview met Johan van Bommel, 28 januari 2019. ↩
-
Live interview met Johan Grolleman, 14 januari 2019. ↩
-
Live interview met Johan Grolleman, 14 januari 2019. ↩
-
Live interview met Melanie Peters 5 oktober 2018. ↩
-
Live interview met Kees van Schaik, 14 januari 2019. ↩
- Lees meer over
- landbouw
Wilt u onafhankelijke onderzoeksjournalistiek ondersteunen? Word Vriend van Investico