Onderzoek met bronnen
Rechters trekken streep in het zand tegen woekerindustrie
Bedrijven die kleine schulden opkopen misbruiken de kantonrechtbank om hun radeloze debiteuren te intimideren. Een Limburgse rechter weigert nog langer instrument te zijn in deze schrijnende praktijk.
‘Pertinent verkondigde onwaarheden’, ‘een veel te gemakzuchtige benadering’, ‘veel te gebrekkig onderbouwd’, ‘geharrewar’ en een ‘verwarrende opstelling’. Met ongebruikelijk harde termen verwees de Limburgse kantonrechter mr Harry Staal afgelopen maanden een reeks zaken van schuldwoekeraars naar de prullenbak.
Schuldkopers Hoist en Direct Pay worden door de rechtbank terechtgewezen voor niets minder dan misbruik van het rechtssysteem. Hoist claimde in de procedure recht te hebben op de inning van overgekochte schulden van twee oud-klanten van energiebedrijf Essent. Schuldkoper Direct Pay wilde geld zien voor een oude schuld gekocht van een inmiddels failliet Belgisch-Nederlands telefoonbedrijf.
Bij het openslaan van de dossiers stuitte de rechter echter op het ene na het andere gat in de onderbouwing. Contracten en nota’s ontbreken; onduidelijk is om welke kostenpost het gaat, en soms zelfs of de klant die nu wel of niet heeft betaald.
Word nu Vriend van Investico en versterk de onderzoeksjournalistiek in Nederland
Partijen als Hoist en Direct Pay zijn actief in de snel gegroeide markt voor particuliere schulden, waar platform voor onderzoeksjournalistiek Investico, De Groene Amsterdammer en Nieuwsuur afgelopen juli over berichtten. Energiebedrijven, banken, postorderbedrijven, telefoonmaatschappijen en bijvoorbeeld sportscholen doen voor een fractie van de boekwaarde hun openstaande facturen over naar incassobedrijven, die de schulden vaak fors laten oplopen en op agressieve manier innen. Een rechtszaak over een schuld tegen een kleine debiteur die zich amper kan verdedigen, is beproefd onderdeel van het verdienmodel van schuldkopers.
Rechters staan op
De Maastrichtse kantonrechter trekt daartegen een streep in het zand. ‘In plaats van de moeite te nemen een radeloze consument uitleg te geven over de inhoud van een nota of de betekenis van een betaling, kiest de schuldeiser ervoor slechts te herhalen dat er een schuld is zonder het hoe en waarom begrijpelijk uit te leggen’, noteert Staal over de eis van Hoist. ‘Daarmee wordt dan gewacht tot er geprocedeerd “moet” worden.’ Een gerechtelijke procedure had volgens hem ‘bij een minder gebrekkig proces van uitwisseling van informatie zonder meer vermeden kunnen worden.’
De uitspraken van de rechter werden onlangs gepubliceerd. Een toelichting wil de woordvoerder van de rechtbank noch de kantonrechter zelf geven. Schuldkoper Direct Pay bevestigt in een reactie dat het in deze zaak niet in staat was om de volledige informatie aan te leveren. Hoist erkent dat het ‘goed mis is gegaan’ bij haar zaak en betuigt spijt. Ze belooft de procedures en communicatie met partners als Essent ‘nog eens goed tegen het licht te houden’. Essent vindt de zaak ‘vervelend’ voor de betrokken persoon en had het liever voorkomen. Niettemin zegt het bedrijf het te beschouwen als een ‘incident’.
Werkwijze
De kritiek die de kantonrechter uit, is echter van structurele aard. Ook uit het onderzoek van Investico, Nieuwsuur en De Groene bleek dat de schuldhandelaren hun kleine debiteuren routinematig onder druk zetten. Alleen door schuldpapieren in bulk in te kopen; volautomatisch brieven en app’jes te sturen en exorbitante incassokosten en ‘vertragingsrentes’ te rekenen, wordt handel in schulden rendabel. Persoonlijk overleg of betalingsregelingen vormen een onnodige kostenpost.
Doorgaans ontmoeten de bedrijven geen tegenspraak in de rechtszaal. Bij meer dan 65 procent van de kantonrechtzaken over schuld is de debiteur zelf niet aanwezig en wordt hij ook niet vertegenwoordigd door een advocaat. De rechter controleert alleen op grote lijnen of de eis terecht lijkt. Meestal stelt hij de schuldeiser in het gelijk.
In een van de Limburgse zaken blijkt deze strategie echter gebaseerd op bluf. Schuldkoper Direct Pay had al een verstekvonnis bemachtigd toen de schuldenaar alsnog verzet aantekende, en de zaak bij de rechter terecht kwam. Daarop trok het incassobedrijf prompt al haar eisen in. Staal: ‘Gebleken is dat zij het er zonder enige redelijke feitelijke basis op gewaagd heeft met een gebrekkig dossier en een onduidelijk perspectief een volstrekt onzekere vordering na te jagen.’
Schuldenaars met financiële problemen kunnen zich bovendien nauwelijks verdedigen omdat ze geen recht hebben op betaalde rechtsbijstand. De Raad voor Rechtsbijstand geeft geen subsidies voor zaken over het opeisen van schulden. ‘De overheid wil voorkomen dat mensen in dit soort zaken te makkelijk gebruik maken van een advocaat,’ zegt een woordvoerder. ‘Als je erkent dat je een schuld hebt, maar je wordt gedaagd omdat je niet kan betalen, geven wij daar in principe geen subsidies voor.’
Schuldenaren moeten het daardoor in hun eentje opnemen tegen het incassobureau. ‘Waarom zou je een advocaat nodig hebben?’ zegt de woordvoerder. ‘De kantonrechter weet dat hij met juridische leken te maken heeft.’
Erik Boerma, faillissementsrechter bij de rechtbank Breda, waarschuwt dat de werkelijkheid vaak anders is. ‘Het kan wel dat dit rechtssysteem op papier allemaal klopt, maar wij zien keer op keer dat het in de praktijk fout loopt. Burgers hebben het recht om zich te verzetten tegen schuldeisers, maar in de praktijk gebeurt dat nauwelijks. Veel schuldenaren zijn niet zo zelfredzaam als het rechtssysteem van ze verwacht.’
Magere verdediging
Dit wordt pijnlijk duidelijk bij een rolzitting in de Amsterdamse rechtbank. Op maandagochtend zijn de debiteuren met achternamen beginnend met A en B aan de beurt. De letters T, Y en Z komen een uur later. Alleen al in de gemeente Amsterdam zijn er acht van zulke zittingen per week.
Om tien uur mogen de aanwezige schuldenaren allemaal tegelijk naar binnen, hun zaken worden in één openbare zitting behandeld. Van privacy is hier geen sprake. Veel van hen zijn alleen, sommigen komen met familie of een jongerenwerker. Advocaten zijn in deze zaal niet te zien, schuldeisers evenmin.
Een voor een nodigt de rechter de schuldenaren uit om hun verhaal te doen. De meesten zijn gedaagd vanwege een rekening voor water, licht, of zorg. Een man die aan de beurt is legt een stapeltje facturen en brieven op het bureau van de rechter. Hij probeert zich in gebrekkig Nederlands te verdedigen. Samen met hem neemt de rechter zijn dossier door. Hij is gedaagd vanwege een schuld van Essent die is verkocht aan Direct Pay, zo blijkt. Na wat korte vragen formuleert de rechter de verklaring van de man en citeert het voor de griffier. ‘Ik ben het er niet mee eens, ik heb juist bericht gekregen dat ik 233,09 euro van Essent terug zou krijgen. Punt. Deze brief leg ik hierbij over, samen met mijn brief en faxbevestiging dat deze is aangekomen. Punt. Ik heb nimmer reactie gekregen op mijn vragen en Essent heeft mij niet verduidelijkt hoe dit zit. Punt.’
Een magere verdediging, maar het is nog altijd meer dan het overgrote deel van de zaken waar de rechter helemaal niet inhoudelijk naar kijkt. Daarbij transformeren rechters een stapel waardeloze papieren in een vrijbrief om iemands bankrekening te plukken. In vijf minuten verandert een krakkemikkig dossier zo in een pot met goud.
Discussie
‘Er komt een discussie op gang in de rechtspraak,’ zegt faillissementsrechter Boerma, die als projectleider digitalisering bij de Raad voor de Rechtspraak goed overzicht heeft van schuldzaken. ‘Zijn we als rechterlijke macht een organisatie die verstekvonnissen uitpoept? Of hebben we een maatschappelijke taak, moeten we burgers met geldproblemen helpen? We zien elke dag honderden mensen met schuldproblemen langskomen. Ik weet als faillissementsrechter niet dat de persoon die voor mij staat de dag erna in een ander kamertje van de rechtbank tegenover een andere schuldeiser staat. Ik denk dat we nu, door zaak na zaak af te handelen, te vaak bijdragen aan de problemen van deze mensen.’
Kantonrechter Staal en faillissementsrechter Boerma sluiten zich aan bij een grotere groep experts en professionals die waarschuwen voor de gevaren van de incasso-industrie. Eerder wezen ook hoogleraren, schuldhulpverleners en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) op ernstige problemen in de schuldhandel. Recent besloot het Europese Hof voor Justitie dat de strenge Europese regels voor consumentenbescherming ook gelden voor schuldkopers. Indien een consument na verkoop van zijn schuld aantoonbaar slechter behandeld wordt hebben toezichthouders daarmee een extra basis om boetes op te leggen, aldus het Hof op 20 juli in een beslissing verzocht door de Litouwse hoge rechtbank. Mogelijk kan de consument direct de schade gaan verhalen op de schuldkoper.
De Raad voor de Rechtspraak onderzoekt momenteel hoe we in Nederland de rechtspraak beter kunnen organiseren voor burgers met schulden. ‘Ik ben daar voorstander van,’ zegt Boerma. ‘Maar dat vergt ook dat ministeries zoals Veiligheid & Justitie en Sociale Zaken gezamenlijk naar regelgeving kijken. Nu zitten regels burgers soms behoorlijk in de weg, terwijl die al genoeg problemen hebben.’
Op steun vanuit het kabinet hoeven schuldenaren voorlopig niet te rekenen. Aanvankelijk had staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken aan de Kamer toegezegd bij minister Blok van Veiligheid & Justitie aan te dringen op een onderzoek naar een verbod op verkoop van schulden. Blok liet afgelopen week weten volledig aan de kant van de schuldopkopers te staan. In antwoord op Kamervragen naar aanleiding van het onderzoek van Investico, Nieuwsuur en De Groene Amsterdammer, schrijft hij dat ‘de kern van het probleem niet ligt in het doorverkopen zelf.’ Slechts bepaalde incassobureaus innen volgens hem niet volgens de regels, maar dat zijn uitzonderingen.
Investico werkt altijd samen met andere media. Zo versterken we de onderzoeksjournalistiek in Nederland.
Daarmee schetst de minister een valse tegenstelling tussen een prima marktmodel enerzijds en een paar rotte appels anderzijds. Maar het bedrijfsmodel van de schuldhandelaren kan niet rendabel zijn wanneer dossiers zorgvuldig worden behandeld en belangen van de debiteur individueel worden gewogen. In woorden van de AFM: ‘De overdracht van leningen is economisch waarschijnlijk niet meer aantrekkelijk als de bedrijven zich aan de AFM-richtlijnen houden.’
Een onderzoek naar een verbod of wettelijke beperking van handel in consumentenschulden is volgens minister Blok dus onnodig en gaat er niet komen. ‘Een schuldenaar die voorziet niet binnen de termijn te kunnen betalen, kan contact opnemen met de schuldeiser.’ De schuldenaar, stelt hij eenvoudig, heeft daarin ‘een eigen verantwoordelijkheid’.
- Lees meer over
- schuldenindustrie
- handel in schuld
Wilt u onafhankelijke onderzoeksjournalistiek ondersteunen? Word Vriend van Investico